Geef de culturele sector tijd, vertrouwen en middelen om te experimenteren met nieuwe werkwijzen en nieuwe verdienmodellen. Dat staat in het advies Onderweg naar overmorgen, dat de Raad voor Cultuur vandaag aan minister Van Engelshoven (OCW) heeft aangeboden. De minister had om het advies gevraagd naar aanleiding van de coronacrisis en de steunpakketten voor de culturele sector.

‘De sector toont zich wendbaar, maar is niet weerbaar’ schrijft de Raad voor Cultuur in zijn advies. De raad ziet dat er in de sector al veel nieuwe ideeën en initiatieven ontwikkeld zijn om het publiek te blijven bereiken ‘De initiatieven zijn echter versnipperd en brengen nog lang niet voldoende geld in het laatje.’ De raad wil daarom dat er ‘op grote schaal’ geëxperimenteerd gaat worden met nieuwe werkmethoden en nieuwe verdienmodellen.

In zogenoemde ‘fieldlabs’ kan onderzoek gedaan worden op het gebied van digitalisering, ruimtegebruik en ‘differentiatie van artistieke vormen’. Het is de bedoeling dat zowel gesubsidieerde als niet-gesubsidieerde instellingen en individuele makers daarbij betrokken worden. In het tweede extra steunpakket van de minister is al geld gereserveerd voor deze fieldlabs.

In de transitie ziet de raad ook een belangrijke rol weggelegd voor stedelijke cultuurregio’s. Een nieuw op te richten ‘Taskforce Stedelijke Cultuurregio’ moet de samenwerking binnen en tussen stedelijke cultuurregio’s verbeteren en ervoor zorgen dat goede initiatieven onderling worden gedeeld en nagevolgd.

Daarnaast adviseert de raad om de gehele komende subsidieperiode andere eisen te stellen aan instellingen die rijkssubsidie ontvangen. ‘Het is nu niet mogelijk om hen te beoordelen op harde prestatienormen. Het is vooral van belang dat zij de ruimte krijgen zich te verantwoorden over hoe zij onder steeds wisselende omstandigheden invulling geven aan hun kernmissie en -visie en hun publiek blijven bereiken.’

De komende kunstenplanperiode wil de Raad ook benutten om alternatieven voor het huidige subsidiebestel te verkennen. In de crisis zag de raad de nadelen van het huidige stelsel scherp naar voren komen. Omdat de inrichting van een nieuw en verbeterd bestelontwerp veel tijd vergt, adviseert de raad om de komende BIS-periode met één of twee jaar te verlengen. Provincies en gemeenten worden opgeroepen hetzelfde te doen.

Voor nu benadrukt De Raad het belang van noodsteun. ‘Enerzijds met de inzet van meer overheidsmiddelen zoals een garantiefonds en een ruimer subsidiekader, anderzijds door de inzet van maatregelen die de markt voor cultuur aan de private kant versterken zoals een taxshelter en een revolverend productiefonds.’

Ten slotte schaart de Raad zich achter de op de sector toegespitste routekaart van de Taskforce Culturele en Creatieve Sector. Die biedt bijvoorbeeld theaterzalen en doorstroomlocaties meer perspectief bij het risiconiveau ‘waakzaam’ en in mindere mate bij ‘ernstig’. De raad herhaalt daarbij zijn pleidooi voor maatwerk per regio en versoepeling van het maximumaantal bezoekers.

Foto: Istanbul. Bericht van de andere kant. van Stichting Nieuwe Helden, JW Kaldenbach